08-2001
Enkele kerncijfers van het CBS in augustus 2001
Uit de maandrapportage augustus 2001 van het CBS heb ik de volgende highlights gekozen:Inflatie gedaald naar 4,5%; nu is dat 2,6%
In juni is de inflatie gedaald tot 4,5 procent. Vorige maand bedroeg de inflatie nog 4,9 procent. De belangrijkste oorzaken van deze afname zijn de lagere benzineprijzen en een daling van de prijzen van verse groenten. Dit blijkt uit het consumentenprijsindexcijfer van het CBS.Naast het nationale consumentenprijsindexcijfer stelt het CBS ook het Europees geharmoniseerde consumentenprijsindexcijfer voor Nederland samen. De inflatie volgens deze Europese methode bedroeg in juni 5 procent. In mei had Nederland met 5,4 procent het hoogste inflatiecijfer van de Europese Unie.
Daling bijstand en WW houdt aan
In 2000 nam het aantal huishoudens met bijstand verder af tot 335 duizend. Ook het aantal WW-uitkeringen blijft dalen. Wel neemt het dalingstempo bij de bijstand en de WW iets af. Het aantal arbeidsongeschiktheidsuitkeringen blijft daarentegen stijgen. De stijging doet zich vooral voor bij vrouwen en gedeeltelijk arbeidsongeschikten.Daling werkloosheid naar 132000; nu zijn er dat 392.000
In het tweede kwartaal kwam het aantal geregistreerde werklozen uit op 132 duizend. Dat is aanzienlijk minder dan in het eerste kwartaal van dit jaar. Tussen deze twee kwartalen is echter een daling van de werkloosheid door seizoeneffecten gebruikelijk. Na verwijdering van seizoeneffecten is het werkloosheidscijfer negenduizend lager dan in het eerste kwartaal van dit jaar.Omdat de cijfers gebaseerd zijn op een steekproefonderzoek hebben ze een onnauwkeurigheidsmarge. De tendens van de werkloosheid kan daarom het beste over een wat langere periode worden vastgesteld. Vergeleken met een jaar geleden is het aantal werklozen nu 41 duizend lager. Dat komt overeen met een daling van drie à vierduizend per maand.
Het werkloosheidscijfer voor de maanden april-juni ligt 10 duizend hoger dan dat voor maart-mei. Dit betekent nog niet dat de werkloosheid nu stijgt. Het verschil valt namelijk binnen de onnauwkeurigheidsmarges van de steekproef.
Consumentenvertrouwen stabiel (-2); nu is dat -12
Het onveranderde vertrouwen hangt grotendeels samen met het oordeel over het economisch klimaat. Dit is één van de twee onderdelen waarmee het consumentenvertrouwen gemeten wordt.De consument is in juli nagenoeg even pessimistisch over de economie als in juni. Sinds februari dit jaar is het pessimisme vrijwel iedere maand toegenomen. In juli verwacht ruim veertig procent van de ondervraagden een voortgaande verslechtering van de economie. Slechts één op de tien consumenten verwacht dat het beter zal gaan. Vorig jaar was de consument nog overwegend optimistisch over het economisch klimaat.
© CBS
Reacties
Een reactie posten